Essentiële tips voor veilig rijden in sneeuw

Veilig autorijden in sneeuw en ijs kan best een uitdaging zijn. In barre winterse omstandigheden is het vaak verstandig om de auto helemaal te laten staan, tenzij het echt nodig is om ergens naartoe te gaan.
Als je toch de weg op moet, zorg er dan voor dat je goed voorbereid bent. Neem voldoende tijd om je auto te ontdooien en houd rekening met langere reistijden.
Wat moet je altijd in de auto hebben als je in sneeuw en ijs rijdt? Zorg dat je goed gekleed bent, met warme kleding, comfortabele schoenen en een deken voor het geval je vast komt te zitten.
Vergeet geen snacks, zoals chocolade en koekjes, en ook water of een warme drank mee te nemen. Zorg ervoor dat je telefoon volledig is opgeladen en neem eventuele medicijnen mee die je nodig hebt.
Een sneeuwschep kan van pas komen, evenals oude tapijtstukken of kattenbakvulling voor extra grip als je vast komt te zitten.
Als het gaat om de voorbereiding van je auto, overweeg dan om winterbanden aan te schaffen voor betere grip, vooral als je in een sneeuwrijke omgeving woont. Controleer ook of je reguliere banden goed op druk zijn en minstens 3 mm profiel hebben.
Batterijen hebben de neiging om sneller leeg te raken in de winter, dus maak langere ritten om je batterij in goede conditie te houden, of investeer in een acculader. Zorg ervoor dat je ruitenwisservloeistof vol is en gebruik de juiste mix antivries om problemen met bevriezen te voorkomen.
Verwijder sneeuw van je voorruit en zorg ervoor dat je lichten vrij zijn van sneeuw en goed functioneren.
Als je in een handgeschakelde auto rijdt, begin dan in tweede versnelling en laat de koppeling voorzichtig opkomen om slippen te voorkomen. Rij met een hogere versnelling voor betere controle naarmate je snelheid toeneemt.
Hou je snelheid onder controle; te snel rijden kan leiden tot verlies van controle, terwijl te langzaam rijden je momentum kan kosten als je dat nodig hebt. Rem, stuur en accelereer soepel, en vertrouw niet te veel op je remmen.
Vergeet niet dat de stopafstand in sneeuw en ijs tot 10 keer langer kan zijn. Houd een grotere afstand aan tussen jouw voertuig en degene voor je dan normaal.
Op de snelweg is het verstandig om de minst besneeuwde, ijzige of slushige rijstrook te benutten en probeer de sporen van andere voertuigen te volgen.
Als je auto vast komt te zitten in sneeuw of ijs, raak dan niet in paniek. Vermijd het doordraaien van de wielen; dat maakt het alleen maar erger. Gebruik een sneeuwschep om sneeuw onder je banden weg te halen en probeer wat kattenbakvulling, zand of grind voor de wielen te gooien voor extra grip.
Schakel tussen vooruit en achteruit en geef het gaspedaal een lichte tik tot je weer in beweging komt. Als je auto niet meer beweegt, kun je de motor laten draaien om warm te blijven, maar zorg ervoor dat de uitlaatpijp niet door sneeuw geblokkeerd is om gevaarlijke koolmonoxide in de auto te voorkomen.
Verblijf dicht bij je voertuig en overweeg om een felgekleurde stof aan je auto te bevestigen, zodat je of anderen het gemakkelijk kunnen vinden. Veiligheid staat voorop!